‘Dik, lelijk, afgeleefd’, dat waren de drie woorden die voornamelijk uit een onderzoek in 2008 kwamen naar het imago van de oudere vrouw. Dat is veertien jaar geleden, het zal toch wel iets verbeterd zijn?
Je wordt er niet vrolijker van, maar je kunt ook bedenken dat uiterlijk niet meer zo belangrijk is als je ouder wordt en dat je je leven een andere, interessantere invulling kunt geven.
Liesbeth Woertman schreef er een boek over: ’Wie ben ik als niemand kijkt, een andere kijk op de ouder wordende vrouw.’
Ze werd geïnterviewd in de Volkskrant, waar ze zegt:’ Vrouwen worden hun leven lang gebombardeerd met de valse boodschap: hoe mooier, hoe gelukkiger. Terwijl niet meer afhankelijk zijn van de blik van mannen, vrouwen kan verlossen van de druk om aan een schoonheidsideaal te voldoen en ruimte kan maken om meer vanuit bezieling te leven.’ En, troostrijk: ’De ziel streeft niet naar perfectie, maar naar bloei.’
Wat heeft ze gelijk. Vooral als je in de buurt van Het Gooi woont zie je het duidelijk. Om niet uit de toon te vallen hebben bijna alle vrouwen hetzelfde kapsel, dezelfde sieraden, dezelfde zonnebril en dezelfde kleding.
Zeker door de socials is de buitenkant, lijkt wel, het allerbelangrijkst geworden. Overal zie je lippen- tuitende meisjes een selfie maken.
Liesbeth:’ Dat we jong hoger waarderen dan oud, komt ook doordat er in de beeldvorming maar één soort oudere vrouw lijkt te zijn, terwijl er zoveel leuke, verschillende, inspirerende oudere vrouwen zijn. Ik wil met mijn boek graag een lans breken voor een breder beeld.’
Helaas moet ik constateren dat de media daar mede schuldig aan zijn. Er zijn bijna geen oudere vrouwen te gast op tv. Afgelopen maandag werd ik verrast door Op 1, waar een fitte, leuk uitziende vrouw van 92 vertelde over haar ervaringen in het Jappenkamp.
Hoe voorkom je nu dat je blijft zitten in het patroon: zie ik er wel leuk genoeg uit?
Daarvoor staan in het boek 5 regels, waar ik er een paar van citeer:
Kijk niet in spiegels en etalageruiten naar jezelf. Waardeer je lichaam om wat het doet en kan. Omring je met mensen die je waarderen om wie je bent.
Dit betekent natuurlijk allemaal niet dat je jezelf moet gaan verslonzen, maar wel dat je uit diepere contacten met mensen veel voldoening kunt halen.
Ik was ook in tijden niet zo gelukkig toen mij het volgende overkwam. Ik werkte met een groep jonge mensen samen. Even dacht ik: wat doe ik hier. Tot er iets emotioneels gebeurde en ik hen probeerde te troosten. Toen zeiden ze:’ dank je, je bent als een moeder voor ons.’
Ik kon wel zingen.